Minister van Rijn bezoekt Apotheek Ridderveld: "Redden jullie het een beetje?"

We houden ons strikt aan het protocol, toch blijf ik het ongemakkelijk vinden. Minister van Rijn van Medische Zorg wast bij binnenkomst nauwkeurig zijn handen, waarna we elkaar op 1,5 meter afstand met een vriendelijke knik begroeten. Samen met mijn collega Sigrid van Daal en huisarts Maarten van Gemeren raken we met hem aan de praat. “We maken ons zorgen over de geneesmiddeltekorten en dan met name in de palliatieve zorg”, geef ik aan. Sigrid en Maarten knikken bevestigend en halen aan dat na de coronapiek de focus ook weer op de eerstelijnszorg moet komen, waar deze nu logischerwijs bij de ziekenhuizen ligt. “Net als het ziekenhuispersoneel, willen ook wij in de eerste lijn getest worden”, vul ik aan. Aan zijn reactie merk ik dat hij de noodzaak hiervan erkent.

Op verzoek van de minister gaan we een rondje door de apotheek. Het doet me goed om te zien hoeveel oog hij heeft voor onze medewerkers. Hij creëert een open en vertrouwde sfeer wat het bezoek voor iedereen aangenaam maakt. Hij raakt in gesprek met onze apotheekassistente. Bij zijn vraag 'Redden jullie het een beetje?' zie ik hoe ze vol schiet met tranen. Een emotioneel, maar mooi moment. Ze reageert: “We proberen het zo goed mogelijk te doen. Er is gelukkig veel erkenning, maar het is wel pittig. We doen het echt voor de patiënten en dat maakt het heel dankbaar werk.” We beamen dat het coronavirus bizarre drukte veroorzaakt, maar dat er juist ook een grote groep patiënten is die door angst voor besmetting hun medicatie niet ophaalt. In sommige gevallen doen ze niet eens de voordeur open voor de bezorger. Het geschrokken gezicht van de minister spreekt boekdelen. “Ik wist niet dat er zoveel zorgmijders zijn”, zegt hij met een verontrustende toon.

Aan het einde van zijn bezoek is het voor de minister duidelijk dat een crisis juist ook kansen met zich meebrengt en de rol van de apotheek in deze eerstelijnszorg van cruciaal belang is. “Ik zie dat apotheken er alles aan doen om in deze situatie de zorg te blijven leveren en dat maakt me trots”, aldus Van Rijn. Als ik hem uitzwaai en bedank voor zijn bezoek, merk ik dat zijn bemoedigende woorden me goed doen.

Evelyn Schuil-Vlassak

Gepubliceerd op: 10 juni 2020