INLOGGEN

De huisarts: over de-professionaliseren en humaniseren

Een grote poster van The Police in zijn praktijk verraadt zijn leeftijd en rebelse studententijd, maar ook zijn visie op kwaliteit. “Zij konden wél zingen, de Stones niet.” We spreken huisarts Remko Niebuur op deze Wereld Huisartsen Dag, over zijn kijk op het huisartsenvak. Als zoon van een huisarts is hij uitgesproken over fluïde zijn, de hiërarchie verbannen, maximale interactie met apothekers en teruggaan naar de kleinschaligheid. Naast hem zit apotheker Stephanie Talbot,  die vertelt over hun samenwerking in het medisch centrum. Stephanie: “Het lichtend voorbeeld hoe belangrijk korte lijnen zijn.”

Wie is Remko Niebuur?

Remko wijst naar het merk van het drumstel van Stewart Copeland. “Dat merk wilde ik vroeger ook.” Naast zijn liefde voor ‘snelle muziek’ is hij fervent skiër en vroeger was hij ook duiker. “Alles gaat over snelheid”, glimlacht Remko, waarop Stephanie een opmerking wil maken over zijn auto, maar deze nog nét inslikt. Achter zijn bureau staat de literatuur. Foto’s van zijn vrouw en drie kinderen leunen tegen de anatomische modellen. Al snel gaat het gesprek over de mens met het grijpbare en ongrijpbare, de ziel of het lijden. Beroepsmatig wil Remko liever weinig weten van veel, dan veel van weinig. “Dat kenmerkt een huisarts versus zijn collegae in het ziekenhuis. In mijn werk vind ik loyaliteit heel belangrijk, waarbij ik de-professionaliseer en humaniseer.”

“Ik weet liever weinig van veel, dan veel van weinig”

Over fluïde bedrijfsvoering en hiërarchie

In februari 2009 openen Remko en Stephanie het pand van medisch centrum Stelle in Hoogvliet. Remko: “Stephanie en ik zijn het eens over de bedrijfsorganisatie en personeelsmanagement. We hebben een vlakke organisatiestructuur en zijn niet ambtelijk. Bij ons is alles fluïde. Je kunt je dag vullen met regeltjes en protocollen. Mijn stelling: de hiërarchie moet eruit!” Stephanie is het eens met Remko: “Mijn taak als apotheker en ondernemer in dit medisch centrum is zorgen dat de relatie met zorgverleners zoals de huisarts goed is. Bruggen bouwen.” Volgens Stephanie is het een vereiste om samen in één gebouw te zitten. Een gezondheidscentrum zonder huisartsen heeft geen zin. Remko vult aan: “Voor medicatieadvies overleg ik vaak met de apotheek van Stephanie, want daar zit de kennis.”

Zij doen het!

Remko en Stephanie vertellen hoe ze het personeel als belangrijkste factor bij hun dagelijks functioneren zien. Remko: “Zíj doen het. Zij maken de praktijk. Ik vertrouw ‘mijn dames’, ze hebben zelfs mijn pincode. Ik weet het als een assistente problemen heeft thuis, dan praten we erover.” Stephanie vult aan: “De assistentes moeten elkaar aardig vinden en elkaar vertrouwen. De voorwaarden daarvoor scheppen? Dat is aan ons.”

Wat is er veranderd in het huisartsenvak?

Remko: “Huisartsen zijn over het algemeen risicomijdend en braaf. Ze volgen de protocollen. Ik vind het juist prettig als patiënten ongevraagd hun huiswerk doen. Als ze het consult beginnen met ‘Google zegt…’, stuur ik ze wel bij. Zo kun je een gesprek efficiënt doen. Ik begrijp daarom niet dat huisartsen meer dan tien minuten nodig hebben voor een consult. Huisartsen moeten kennis van de inhoud hebben, maar vooral ook over communicatieve vaardigheden beschikken. En dat geldt niet minder voor de apotheek. Ik merk dat de angst voor ziektes, óm iets te hebben, groter is geworden onder patiënten. Vitamines slikken? Je kunt ook een rondje hardlopen. Leefstijl, daar gaat het volgens mij om. En dan hoor ik patiënten zeggen dat ze ‘recht hebben op zorg die vergoed wordt.’. Baat het niet dan schaadt het niet, lijkt het motto. Dat hoorde je vroeger minder.”

Kop van Jut

Remko: “Welk cijfer ik mijn praktijk geef? Daar ben ik niet zo mee bezig. Nederlanders klagen graag, dat wel. Wij huisartsen zijn de nationale kop van Jut. Als het verkeerd gaat, heb jij het als huisarts gedaan. Dat er over ons ‘geluld’ wordt, zie ik wel als luxeprobleem. Je leest dan in één krant: ‘huisarts mist depressie’ en ‘huisarts schrijft teveel antidepressiva voor’. Stephanie: “Wij apothekers krijgen pas écht overal de schuld van. Als je het hebt over ‘kop van Jut’. Big brother is watching us.”

Stop met MIP’en!

Remko’s oproep: “We moeten gaan voor korte banden in een wereld waar schaalvergroting de norm is. Ik wil schaalverkleining, ook met ziekenhuizen bijvoorbeeld. Directer contact met collega’s. En laten we stoppen met het zogeheten ‘MIP’en’ (MIP=Melding Incident Patiënt). Dit gaat namelijk over het elkaar verraden. Kijk naar de zaak in Tuitjenhorn. Afschuwelijk. Als ik klachten krijg, bel ik gewoon ‘mijn apotheker’ Stephanie en lossen we het samen op. Zo doe je dat.”


Gepubliceerd op: 19 mei 2019

Heb je het laatste Mosadex-magazine al gelezen?

Bekijk 'm hier!